Europees Parlement roept op tot terugkeer van Oekraïense kinderen die naar Rusland zijn ontvoerd

Sinds het begin van de Russische invasie zijn volgens officiële cijfers minstens 20.000 Oekraïense kinderen gedeporteerd - naar Rusland, Wit-Rusland of de bezette gebieden. De meesten van hen worden nog steeds vermist. Europarlementariërs hebben deze daden beschreven als onderdeel van een genocidestrategie gericht op het uitwissen van de Oekraïense identiteit.

Het Parlement eist dat Rusland de namen en het lot van alle ontvoerde kinderen bekendmaakt en hun veilige en onvoorwaardelijke terugkeer naar huis toestaat. Het vraagt ook dat internationale organisaties zoals UNICEF, het Rode Kruis of het Bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN contact kunnen opnemen met alle kinderen die op Russisch grondgebied worden vastgehouden.

Ook is er scherpe kritiek op de gedwongen toekenning van het Russisch staatsburgerschap en adopties aan Russische families. Volgens Europarlementariërs is dit een poging tot gedwongen assimilatie die in strijd is met internationaal recht.

Het Parlement roept daarom op tot uitbreiding van de sancties tegen de personen en instellingen die betrokken zijn bij deze praktijken en herinnert eraan dat het Internationaal Strafhof al arrestatiebevelen heeft uitgevaardigd tegen Vladimir Poetin en Maria Lvova-Belova.

Een vreedzame oplossing voor het conflict met Rusland moet volgens de Europarlementariërs niet alleen de terugkeer van de ontvoerde kinderen omvatten, maar ook gerechtigheid en bestraffing van degenen die verantwoordelijk zijn voor de misdaden. De EU moet Oekraïne en organisaties die helpen de slachtoffers op te sporen blijven steunen.